Oliver Twist

Genre:Historisch drama

Locatie: Veel, oa. het werkhuis, op straat in Londen, het hol van Fagin, bij mr. Brownlow, de London Brigde, een marktplein

Bezetting: 12 volwassen en 12 kinderen

Uitvoeringsdata: 15, 16, 20, 22, 23 maart

Algemeen:
Wij speelden Oliver Twist, bewerkt voor toneel door Brian Way en vertaalt door Koen Wassenaar. Het stuk is gelardeerd met mooie liedjes. Hiervoor kregen wij muzikale ondersteuning van twee accordeonistes.

Enkele kinderen, waaronder Oliver, speelden een belangrijke rol. De andere kinderen speelden met weinig tekst een mooie figurantenrol. Zij repeteerden van 19.00 - 20.30 uur en de volwassenen van 19.00 -  22.30 uur.

Het stuk is verdeeld in negentien scènes, welke op verschillende locaties plaatsvinden. Wij maakten gebruik van simpele decorstukken. Tevens droeg het lichtplan bij aan de sfeer op de locaties. Het changeren werd voor een groot deel door de kinderen verricht. Dat was dus opletten geblazen.  

Het is een prachtige voorstelling geworden. Enkele kinderen van toen zijn inmiddels volwassen spelers van onze vereniging geworden.

Het verhaal:
Dickens schreef Oliver Twist tussen 1837 en 1839. Het verhaal vormt een felle aanklacht tegen de onmenselijke leefomstandigheden van weeskinderen in het Engeland van die tijd.

Oliver wordt geboren in een armenhuis. Zijn moeder sterft vlak na de geboorte en zo groeit Oliver op in een weeshuis. Hier krijgt hij de naam Olivier Twist toegekend. Er moet hard gewerkt worden onder het regiem van mr. Bumble en Mrs. Corney. Als hij op een dag om meer soep vraagt, wordt dat als schande bevonden en wordt hij naar Mr. Sowerberry,  een doodkistenmaker, gestuurd. Ook hier is het leven slecht en Oliver loopt weg en komt in Londen terecht. Hier ontmoet hij Jack Dawkins, een jongen van zijn leeftijd. Deze jongen neemt hem mee naar het hol van de oude Fagin, waar nog meer jongens van zijn leeftijd "wonen". Deze sluwe kerel leidt de kinderen op tot zakkenrollers. Oliver leert ook Bill Sikes kennen, een ruwe jongeman die samen met zijn vriendin Nancy vaak over de vloer komt bij Fagin. Nancy is lief voor Oliver.

Op een dag gaat Oliver samen met Charley Bates en Jack Dawkins de straat op en ziet  hoe die twee de zakken rollen van een rijke man. Oliver wordt verdacht en de politie pakt hem op. Maar dan schiet de eigenaar van het kraampje hem te hulp en vertelt dat Oliver niets gedaan heeft. Mr. Brownlow, de vriendelijke rijke man, neemt hem in huis en verzorgt hem.

Op een dag wordt Oliver door Nancy en Bill Sikes ontvoerd en mee teruggenomen naar Fagin. Hij is daar erg ongelukkig. Hij moet met Bill Sikes op pad  om in te breken in een groot huis. Tijdens het inbreken, worden ze betrapt en Oliver wordt neergeschoten. Bill Sikes en de handlanger komen goed weg. Oliver wordt in het huis waar hij moest inbreken binnengehaald  en de lieve Rose Maylie en haar tante en bediendes verzorgen zijn schotwond. Hij leeft daar erg gelukkig en knapt vrij snel weer op.

Ondertussen ontdekt Nancy veel over zijn verleden. Met gevaar voor eigen leven, luistert ze een gesprek af en gaat ze naar Rose Maylie en Mr. Brownlow toe om hen inlichtingen te geven over Oliver. Een zekere Monks blijkt een halfbroer van Oliver te zijn, maar wil niet dat de identitiet van Oliver bekend wordt, omdat hij dan zijn erfenis met Oliver zal moeten delen.  Bill Sikes komt erachter, dat Nancy informatie heeft doorgespeeld en vermoordt haar. 

Monks heet eigenlijk Edward Leeford en is de zoon van een oude vriend van Brownlow. Monks' vader was namelijk gescheiden van zijn vrouw en werd toen verliefd op een negentienjarig meisje, met wie hij samen een kind kreeg. Zijn vader was erg rijk en toen hij stierf, ging al het geld naar het negentienjarige meisje en hun nog ongeboren kind. Vlak voordat zijn vader stierf, kwam hij naar Brownlow en liet bij hem een paar dingen achter. Onder andere een prachtig schilderij van het meisje. Toen zijn vader stierf, ging het meisje ervandoor. Uiteindelijk kwam ze verzwakt aan in het armenhuis, waar ze het leven schonk aan Oliver. Vlak na de geboorte stierf zij.

Brownlow ziet de gelijkenis tussen het jongetje en het schilderij. Nu Brownlow alles weet, tekent Monks de papieren om een deel van zijn fortuin aan Oliver te geven en vlucht. Oliver mag bij Brownlow blijven wonen. Eindelijk is Olivers zwerftocht voorbij en kan hij een gelukkig en rustig leven gaan leiden.